Lees voor je aan het werk gaat eerst de volledige opdracht goed door!
Je krijgt twee lesuren tijd voor deze opdracht.
Je vormt een groepje van vier leerlingen, per twee bekijk je de regels voor de onderstaande dichtvormen:
Als je termen niet begrijpt, zoek je de verklaring op via deze website.
Je zoekt via de links bij infobronnen naar gedichten die je om de één of andere reden aanspreken:
Groep A zoekt een voorbeeld van een haiku en een limerick.
Groep B zoekt een voorbeeld van een sonnet en een elfje.
Je brengt de vier gedichten samen in één bestand. (download Word-bestand | download Google- bestand)
Vergeet niet om telkens de auteur van het gedicht te vermelden! Als de auteur anoniem is, noteer je de URL van de website waar je het gedicht gevonden hebt.
Als laatste stap schrijf je per twee zelf een gedicht:
De leerlingen van groep A schrijven een haiku of een limerick.
De leerlingen van groep B schrijven een sonnet of een elfje.
Je zorgt ervoor dat er minstens één metafoor en/of één personificatie in het gedicht voorkomt. Meer informatie over deze stijlfiguren kan je op deze website of in deze begrippenlijst (Word-doc | Google-doc) vinden.
Als je je gedicht wil (of moet) laten rijmen, kan het rijmwoordenboek een handige hulp zijn.
Ook deze gedichten neem je op in het Word-bestand.
Je kan je zelfgeschreven gedicht ook laten publiceren op deze website!
Je maakt een mooie cover voor je dichtbundel met daarop alle namen van de groepsleden.
Je zorgt voor een voorwoord waarin je je keuze van de gedichten (zie 1) verduidelijkt. Wanneer één van de gedichten niet voldoet aan alle regels (vb. het aantal lettergrepen klopt niet), dien je dit te vermelden in het voorwoord.
Je verzorgt de lay-out van de 6 gedichten.
Je vult de controle bladen in:
De leerlingen van groep A vullen het controle blad in over het gedicht dat de leerlingen van groep B geschreven hebben. Het controle blad vind je achteraan in het document uit stap 2.
De leerlingen van groep B vullen het controle blad in over het gedicht dat de leerlingen van groep A geschreven hebben. Het controle blad vind je achteraan in het document uit stap 2.
Je bezorgt de volledige gedichtenbundel aan je leraar.